Skip to content

3.4 Correct gebruik van entiteiten

Het doel van deze check is om elementen van het type IFCBUILDINGELEMENTPROXY op te sporen. Dit type vormt een risico voor de datakwaliteit in het BIM-model, omdat het duidt op onvoldoende gespecificeerde objecten. Zulke elementen kunnen de werking van automatiseringen en analyses negatief beïnvloeden.

Wat is IFCBUILDINGELEMENTPROXY?

In de IFC-standaard (Industry Foundation Classes) is IFCBUILDINGELEMENTPROXY een generieke placeholder. Het wordt gebruikt wanneer:

  • het type bouwelement nog niet is bepaald;
  • er nog onvoldoende informatie beschikbaar is;
  • een tijdelijke representatie nodig is.

Hoewel dit type in het IFC2x3-schema is toegestaan, is het gebruik ervan in praktijkmodellen sterk af te raden. Het ondermijnt de interoperabiliteit tussen softwarepakketten, leidt tot onduidelijkheid in de communicatie en maakt automatische classificatie, hoeveelheden of analyses moeilijker.

Zodra het element wél geïdentificeerd is, moet het proxy-object worden vervangen door een specifieke klasse zoals:

  • IFCWALL (wand)
  • IFCCOLUMN (kolom)
  • IFCSLAB (vloerplaat)
  • enz.

Controlepunten

  • ✅ Zijn er nog elementen met IFCBUILDINGELEMENTPROXY in het model aanwezig?
  • ✅ Is het duidelijk waarom deze proxy's nog niet vervangen zijn?
  • ✅ Is er documentatie over tijdelijke objecten of placeholders?

Wat te doen bij afwijkingen

  1. Identificeer alle elementen met IFCBUILDINGELEMENTPROXY.
  2. Ga na of vervanging mogelijk is door een specifieke klasse (bijv. wand, kolom, vloer).
  3. Documenteer tijdelijke elementen indien ze bewust zijn toegepast (bijv. in ontwerpfase).
  4. Verwijder of vervang proxies vóór uitwisseling of toetsing van het model.

Aanbeveling

Gebruik IFCBUILDINGELEMENTPROXY uitsluitend als tijdelijke oplossing. Streef naar volledige specificatie van elementen vóór oplevering of uitwisseling, om de datakwaliteit en bruikbaarheid van het BIM-model te waarborgen.