3.2 Lokale positie
Figuur: Het correct positioneren van aspectmodellen ten opzichte van het coördinatienulpunt.
bron: Lokale positie – BIM Basis ILS
Positie aspectmodellen
Omdat we werken met meerdere aspectmodellen – in plaats van één allesomvattend model – is het essentieel dat deze modellen correct gepositioneerd zijn ten opzichte van een gezamenlijk nulpunt. Dit voorkomt foutieve overlappingen, onnauwkeurige hoeveelheden of afwijkende maatvoering bij coördinatie.
Het nulpunt wordt aan het begin van het proces vastgesteld door de initiatiefnemer. Dit coördinatienulpunt blijft gedurende de volledige levenscyclus van het project als vast referentiepunt in gebruik.
Controlepunten
Bij het controleren van de lokale positie gelden de volgende richtlijnen:
- ✅ Aspectmodellen liggen exact over elkaar bij combinatie in een coördinatiemodel.
- ✅ Interne projectnulpunt en gedeeld coördinatensysteem zijn gelijk tussen alle modellen.
- ✅ Geen handmatige verschuivingen of afwijkende basispunten.
Wat te doen bij afwijkingen
Wanneer aspectmodellen niet correct gepositioneerd zijn:
- Meld dit aan de coördinator of modelbeheerder.
- Controleer of het gedeeld coördinatensysteem is ingesteld en gebruikt.
- Gebruik ‘Publish Coordinates’ of 'Acquire Coordinates’ indien nodig (afhankelijk van de modelleersoftware).
- Herpositioneer het model uitsluitend in overleg met de projectcoördinator.